Witte Donderdag: wie doet de afwas?
Aan het einde van de witte donderdagviering
wordt het altaar leeggemaakt.
wordt het altaar leeggemaakt.
Alsof je na een feestmaal
je dure glazen in de vaatwasser zet,
of ze juist één voor één zachtjes wast,
in de hoop dat ze niet breken.
Op Witte Donderdag gebeurt dat 'in processie',
dat betekent vooral 'heel plechtig':
de kleden worden met zorg opgevouwen,
de ciborie met hosties wordt, omgeven met brandende kaarsen, weggebracht,
de lampen worden gedoofd,
het orgel zwijgt.
er is stilte.
Dat alles beeldt uit hoe heilig de gebeurtenissen zijn direct na.
Dat alles beeldt uit hoe heilig de gebeurtenissen zijn direct na.
Slordig
Maar ik weet nog goed dat ik met een priester op Witte Donderdag op het altaar stond.
De communie was uitgedeeld.
Hij kwam het altaar op gesneld,
Maar ik weet nog goed dat ik met een priester op Witte Donderdag op het altaar stond.
De communie was uitgedeeld.
Hij kwam het altaar op gesneld,
verloor er bijna zijn evenwicht,
en zei: 'o ja, dan moeten we ook nog even opruimen.'
Hij propte het tafelkleed in elkaar,
hij blies de kaarsen alvast uit.
Hij nam de ciborie in de hand,
Hij nam de ciborie in de hand,
liet de deksel nog op het altaar liggen,
en ging zelf voorop,
gevolgd door een paar misdienaars die redelijk in de war waren,
en ik, met het verfrommelde tafelkleed.
Eerlijk: het was geen gezicht.
Eerlijk: het was geen gezicht.
Er kwam dan ook veel commentaar achteraf.
Mensen vonden het niet eerbiedig genoeg.
Mensen vonden het niet eerbiedig genoeg.
En dat was ook zo.
Zo moet het zijn geweest
Maar misschien beeldde deze rommelige aangelegenheid
wel beter uit wat er ooit gebeurde dan
elke andere plechtige variant had kunnen doen.
Want het moet chaotisch zijn geweest na dat laatste avondmaal.
Er was geen tijd voor 'de afwas' of 'alles netjes achterlaten'.
Judas was al weg. Het verraad was dichtbij.
Judas was al weg. Het verraad was dichtbij.
Veel mensen met veel emoties.
Opschieten, veiligheid zoeken in de nacht, attent zijn op elk geluid.
Mensen die blijven en denken dat ze Hem kunnen redden.
Mensen die de nacht in gaan en zich verspreiden.
Een tafel achterlaten die niet is opgeruimd.
Het is een vlucht geweest.
Jezus' had geen tijd voor een afwas na de maaltijd.
Spiegel
Zo gaan we vaak om met de mensen die ons heilig zijn,
Zo gaan we vaak om met de mensen die ons heilig zijn,
met de dingen die ons heilig zijn,
en met de Heilige van God zelf.
Slordig, rommelig, zonder zelfkennis,
we beloven, maar maken niet waar.
We maken niet waar en vervallen tot wanhoop.
We maken niet waar en vervallen tot wanhoop.
En toch:
Te midden van dat alles
de niet aflatende liefde van God.
Vlakbij.
Eén moment van bezinning
en je ziet het.
Reacties
Een reactie posten