kijk niet te hoog en niet te ver (hemelvaart)
Hemelvaart 2017
In één van de boeken van Elie Wiesel
kijken
twee joodse vrienden terug op de Tweede
Wereldoorlog.
Eerst bespreken ze de goede momenten: die van de kameraadschap tot het uiterste, die van de kleine overwinningen op de vijand.
Dan komen de moeilijke kanten:
Eerst bespreken ze de goede momenten: die van de kameraadschap tot het uiterste, die van de kleine overwinningen op de vijand.
Dan komen de moeilijke kanten:
de één herinnert zich hoe hij als
jongen van 10
door zijn moeder bij een onbekende dame
werd achtergelaten
en hoe hij haar maar niet los wilde
laten bij haar afscheidskus.
De ander herinnert zich hoe hij in het
getto een verrader om het leven bracht.
Om erger te voorkomen, zo probeert hij
er vrede mee te hebben.
Het zijn herinneringen die de beide
vrienden nu nog pijn doen.
‘Hoe ben je verder gegaan?’ zegt de één
tegen de ander na een lange stilte.
‘Ach’, luidt het antwoord,
‘je moet als mens niet te ver vooruit
en niet te veel omhoog kijken.'
Een mens leeft niet straks en ooit. Een
mens leeft niet daar en elders.
Het enige dat er in het leven echt is,
is hier en nu.
Maar soms is dat hier en nu zo pijnlijk
dat we liever ergens anders zijn,
dat we hopen dat de hulp van elders
komt: van boven, van God
Zo verging het ook de leerlingen van
Jezus.
Hemelvaart is het einde van Jezus’
fysieke aanwezigheid bij hen.
Dat is ingrijpend, want wie gaat nu dat
beloofde koninkrijk brengen
waar alle leven geheeld en in vrede is?
Jezus had wel gezegd dat het midden
onder hen was,
maar daar twijfelden ze nu toch wel
echt aan.
O ja, waar dan? Hoe dan?
Is dat niet een wat naïef vertrouwen in
mensen
als je ziet hoe de wereld er aan toe
is?
Ineens denken ze: als het toch Rijk van Gód heet,
Ineens denken ze: als het toch Rijk van Gód heet,
laat die het dan doen. '
Dan neemt Jezus afscheid.
Een wolk onttrekt Hem aan het oog en brengt Hem naar de wereld van God.
Een wolk onttrekt Hem aan het oog en brengt Hem naar de wereld van God.
Zijn opdracht is voltooid.
Terwijl zijn leerlingen daar nog staan, met de blik omhoog,
Terwijl zijn leerlingen daar nog staan, met de blik omhoog,
want wie weet ooit komt het van daaruit goed,
staan er twee engelen die zeggen:
'niet meer omhoog kijken.
niet meer het antwoord op een briefje
vanuit de hemel verwachten.
niet meer wachten met je handen in de
zak alsof er niets te doen is.
Richt je op de wereld om je heen, op
het concrete en zichtbare.
Zie wat je kan doen, kan bijdragen
om dat rijk van God handen en voeten te
geven.'
Hemelvaart vertelt ons wat we al weten:
het rijk van God komt niet kant en
klaar uit de hemel neerdalen.
Het is aan ons.
En toch ook weer niet.
Alleen zouden we verzanden, moe worden, in de war raken,
Alleen zouden we verzanden, moe worden, in de war raken,
ruzie krijgen en het opgeven.
We krijgen kracht.
Midden in ons gedoe en gekrakeel leidt
ons een geest
naar de bestemming van deze wereld.
Reacties
Een reactie posten